Amsterdam lonkt voorzichtig naar het noorden

Volkskrant, 12 maart 2001

Amsterdam lonkt voorzichtig naar het noorden De lofzang van investeerders en bouwers op de Zuidas in Amsterdam doet vermoeden dat voor de hoofdstad alle heil uit het zuiden komt. Ten noorden van het IJ liggen de kansen voor het nieuwe wonen en werken echter voor het oprapen.

Van onze verslaggever Amold Koper

AMSTERDAM In de regio Amsterdam zijn vanaf 2010 zeker 100 duizend nieuwe woningen nodig. De helft daarvan komt buiten de stadsgrenzen te staan, vooral in Almere. De Bollenstreek, de noordkant van Krommenie en het westen van Purmerend staan als luxueuze landelijke woongebieden op de kaart. Voor ruim 50 duizend woningen moet een plekje in de stad zelf worden gevonden. Dat lukt alleen als ieder lapje grond optimaal wordt gebruikt. Dit bouwen in de stad heet in de toekomstplannen 'kiezen voor stedelijkheid'. De zeer hoge woningdichtheden die het afgelopen decennium op het Java-eiland en andere delen van het Oostelijk Havengebied werden bereikt, zullen ook elders normaal worden. Veel meer dan voorheen wil Amsterdam bovendien gemengde milieus gaan creëren. 'Daar zijn nog geen voorbeelden van', zegt directeur H. van den Heerik van de Dienst Ruimtelijke Ordening. 'Het gaat om bedrijven, kantoren, woningen en stadsgroen die in een nieuwe mix worden samengebracht.' De belangrijkste bouwlocaties voor de komende decennia zijn inmiddels bekend. Het gaat om de befaamde Zuidas en de Westelijke Tuinsteden (Parkstad), waar de ruim opgezette naoorlogse bebouwing stevig wordt 'verdicht'. Ook komt nieuwbouw in de zone langs de westelijke ringweg (A10), het Zeeburgereiland en Amstel 1, een gebied ten zuidoosten van het Amstelstation en de Bijlmerbajes. Opmerkelijker zijn de plannen voor de noordkant van het IJ. Amsterdam-Noord was, onder meer door het vertrek van de scheepsbouw, jarenlang een zorgenkindje van de stad. De werkloosheid was er hoog. De woonomgeving was er weliswaar groen, maar voor grootstedelijke vertier moest je elders zijn. 'Ik verveel me zo in Amsterdam-Noord', zong de popgroep Drukwerk eind jaren zeventig. Daarin begint geleidelijk verandering te komen. Op het terrein van de ter ziele gegane scheepswerf NDSM hebben krakers en kunstenaars de laatste jaren een culturele broedplaats (ateliers en tentoonstellingsruimten) gevestigd die de gemeente als belangrijke bouwsteen beschouwt bij de herontwikkeling van de noordelijke oevers van het IJ. Nog belangnjker was het besluit van Shell een paar jaar geleden om een groot deel van het terrein van het Shell-laboratorium tegenover het Centraal Station te ontwikkelen voor nieuwe kantoren, woningen en bedrijven. In opdracht van Shell en de gemeente heeft 'stedenbouwkundige Riek Bakker inmiddels een masterplan gemaakt, waardoor het gebied over een jaar of tien een verlengstuk van de binnenstad moet zijn. Projectontwikkelaar E. de Vlieger is ervan overtuigd dat het daar niet bij blijft. Volgens hem wordt de Noordas voor de vestiging van nieuwe kantoren mogelijk zelfs belangrijker dan de Zuidas. 'Vanwege de hoge grondprijzen zijn kantoren langs de A10 alleen betaalbaar voor de allerrijkste bedrijven, er hoeft maar een kleine conjunctuurdaling te komen, en de ontwikkeling van de Zuidas gaat stagneren.' De Vlieger, eigenaar van IMCA-vastgoed, neemt zelf deel aan de herontwikkeling van het Shell-terrein en heeft ook elders in Noord de laatste jaren nogal wat grond verworven. Hij is verder eigenaar van het net opgeleverde Teleportgebouw aan de rand van het Westelijk Havengebied en de bouwwerkzaamheden voor zijn Milleniumtower - de hoogste wolkenkrabber van de stad - zijn in volle gang. Verderop in de Noordzee-kanaalzone heeft hij zich bij IJmuiden, in Haarlem en bij het nieuwe station Spaarnwoude verzekerd van stevige grondposities. Dat is ruwweg het gebied dat de Vlieger - niet zonder eigenbelang- omschrijft als de nieuwe 'Noordas'. Die investeringen zullen waarschijnlijk vruchten afwerpen. Ook ambtenaar J. Gieling, die bij de gemeente aan plannen werkt voor de lange termijn, schetst een positief scenario: 'Het metrostation van de toekomstige Noord-Zuid-lijn bij het Shell-terrein moet op den duur een aftakking krijgen naar het westen, richting Zaanstad. Daarnaast zullen de noordelijke IJ-oevers en de noorder IJ-plas, ten zuiden van Zaanstad, als nieuw stadsgebied worden ontwikkeld. Maar De Vlieger en andere projectontwikkelaars moeten nog wel geduld betrachten. Langs de noordelijke IJ-oevers en in het Westelijk Havengebied zijn nog veel bedrijven gevestigd die vanwege hun milieuhinder de gewenste mix van wonen en werken voorlopig onmogelijk maken. De gemeente Amsterdam gaat er vanuit dat die op den duur kunnen worden ondergebracht in de Noordzeekanaalzone aan de westrand van de stad. Vanwege de aanvliegroutes van Schiphol leent dat gebied zich uitstekend voor de vestiging van bedrijven met een zware milieubelasting. Van den Heerik van de Dienst Ruimtelijke Ordening: 'Dat vereist de nodige subtiliteit. We gaan niet tornen aan de milieuruimte van bedrijven, omdat hun investeringsmogelijkheden daardoor kunnen worden geschaad. Maar als ze toch nieuwe grote investeringen voorbereiden, kan het aantrekkelijk zijn om meteen voor een andere locatie te kiezen.' M. Jonker van de Kamer van Koophandel is daarover allesbehalve enthousiast. 'Amsterdam wil op alle bedrijventerreinen binnen de ring een mix van wonen en werken mogelijk maken. Daar zijn wij mordicus tegen, omdat de ontwikkeling van het bedrijfsleven daar onder lijdt.' Uit de milieuhoek komen andere bezwaren. Volgens directeur G. Offerhaus van het Milieucentrum Amsterdam moet de nu niet bijster aantrekkelijke bufferzone tussen Haarlem en Amsterdam waar volgens de gemeente de vervuilende bedrijvigheid moet komen, juist een nieuw groengebied worden voor de Westelijke Tuin-steden. Daar gaan de komende jaren veel meer mensen wonen. Offerhaus steunt de verdichtingsplannen van Amsterdam, maar wijst op een opmerkelijke draai die het gemeentebestuur maakt. 'De aanleg van IJburg (18 duizend woningen) werd een paar jaar geleden verkocht met het argument dat er elders in de stad geen plaats meer zou zijn Volgens de jongste plannen is er opeens ruimte voor 50 duizend extra woningen. Daar ben ik het overigens mee eens. 'Maar volgens ons geldt voor bedrijventerreinen hetzelfde verhaal. De westrand hoeft geen bedrijventerrein te worden. Met een beetje creativiteit is er in het huidige havengebied nog ruimte zat voor bedrijven die vanwege hun milieubelasting moeten worden verplaatst.